Werkplekleren

Waarom werkplekleren?

Ieder bouwbedrijf ziet meerwaarde in werkplekleren. Ook als het een keer of enkele malen is mislukt, en zelfs wanneer de eigen ervaring met werkplekleren ronduit negatief was, blijven bouwbedrijven overtuigd van het nut. We peilden waarom werkgevers zich juist willen engageren in een project met werkplekleren:

 

  1. Om nieuw personeel te doen instromen. Deze overtuiging van het nut van werkplekleren komt voor bij 68% van alle bouwondernemers die we bevroegen. Dat dit dé belangrijkste drijfveer is om in te stappen in een project, heeft te maken met de knelpuntberoepen in de bouwsector. De bedrijven zien immers kans in werkplekleren met scholieren en werkzoekenden om kandidaat-werknemers te vinden.
  2. Om op te leiden op maat van het eigen bedrijf. Bedrijfsspecifiek opleiden  wordt gezien als grote meerwaarde van werkplekleren. Omdat werkplekleren de kans biedt om huidige en toekomstige werknemers net die competenties mee te geven die belangrijk zijn in de eigen onderneming. Deze aanpak doet de investering van opleiding renderen. Een kandidaat leert en oefent sneller die zaken in die het bedrijf belangrijk vindt.
  3. Omdat werkplekleren het leergeld betaalbaar maakt. Want de leertijd tijdens opleiding kost geld. Maar stagecontracten, individuele beroepsopleidingen in de onderneming (IBO) en andere opleidingsstelsels en de manier waarop deze direct of indirect financieel worden ondersteund, maken de investering mogelijk.
  4. Omdat werkplekleren een preselectie van kandidaten is. Sommige bedrijven noemen werkplekleren een succes omdat het hun kandidaten opleverde die al een zekere selectie achter de rug hadden. Uit projecten van Talentenwerf rollen bijvoorbeeld enkel geselecteerde en gemotiveerde kandidaten uit die bovendien attesten moeten behalen in functie van het concrete beroep dat ze al werkend aanleren tijdens hun beroepsopleiding.
  5. Omdat werkplekleren kansengroepen ook kansen biedt. Een minderheid van de werkgevers benoemt werkplekleren als een waardevolle mogelijkheid om werknemers uit kansengroepen aan werk te helpen. Door hun grotere afstand tot de arbeidsmarkt zijn ze vaak niet meteen in staat om de werkomstandigheden en -vereisten goed in te schatten. Via werkplekleren zetten ze dan makkelijker grote stappen richting werk en evolueren ze mogelijk ook weer richting normaal economisch circuit.